Hebt u al een mandaat en wil u kandidaat zijn bij de gemeenteraadsverkiezingen?

Ontdek in welke gevallen u zich kandidaat kan stellen.

Sommige functies zijn niet verenigbaar met de functie van gemeenteraadslid. Onverenigbaarheid is niet hetzelfde als onverkiesbaarheid.

 

Onverenigbaarheid ≠ Onverkiesbaarheid 

 

Onverkiesbaarheid betekent dat een persoon zich niet verkiesbaar mag stellen en dus niet verkozen mag worden.

Bij onverenigbaarheid daarentegen kan u wel nog worden verkozen. De uiteindelijke installatie als raadslid of afgevaardigde kan er wel door verhinderd worden. Deze onmogelijkheid om geïnstalleerd te worden voor het mandaat waarvoor men verkozen werd, is relatief. Als op het ogenblik van de installatie de oorzaak van de onverenigbaarheid wegvalt, zal u wel tot de beëdiging toegelaten worden.

 

Onverenigbaarheden

 

De belangrijkste onverenigbaarheden die gelden voor de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen worden opgesomd in de artikelen 71, 72, 73, 74 en 75 van de Nieuwe Gemeentewet.

 

Gemeenteraad en burgemeester

 

Artikel 71 van de Nieuwe Gemeentewet bepaalt dat de bekleders van volgende functies geen deel kunnen uitmaken van een gemeenteraad en niet tot burgemeester kunnen worden benoemd:

 

  1. de vice-gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad en de hoge ambtenaar bedoeld in artikel 48, lid 3, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen;
  2. de leden van het college ingesteld bij artikel 83quinquies, §2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen (het Rechtscollege);
  3. degenen die personeelslid zijn van of een toelage of wedde ontvangen van de gemeente, met uitzondering van de vrijwillige brandweerlieden;
  4. de politieambtenaren en de ambtenaren van de openbare macht;
  5. de beambten van het bosbeheer, wanneer hun bevoegdheid zich uitstrekt tot beboste eigendommen die aan het bosbeheer onderworpen zijn en die toebehoren aan de gemeente waarin zij hun ambt wensen uit de oefenen;
  6. elke persoon die een ambt of mandaat uitoefent dat gelijkwaardig is aan dat van gemeenteraadslid, schepen of burgemeester in een lokale basisoverheid van een andere lidstaat van de Europese Unie. De Brusselse Hoofdstedelijke Regering stelt een enuntiatieve (niet-exhaustieve) lijst op van ambten of mandaten die als gelijkwaardig worden beschouwd.

De bepalingen van 1° tot 5°, zijn eveneens van toepassing op de niet-Belgische onderdanen van de Europese Unie die in België verblijven voor de uitoefening in een andere lidstaat van de Europese Unie van ambten die gelijkwaardig zijn aan die bedoeld in deze bepalingen.

 

Burgemeester en schepenen

 

Artikel 72, 1e lid van de Nieuwe Gemeentewet somt nog een aantal onverenigbaarheden op die specifiek van toepassing zijn op het ambt van burgemeester en schepenen:

  1. de leden van de hoven, burgerlijke rechtbanken en vredegerechten;
  2. de leden van het parket, de griffiers en de adjunct-griffiers bij de hoven, burgerlijke rechtbanken of rechtbanken van koophandel, en de griffiers van de vredegerechten;
  3. de bedienaren van de erediensten;
  4. de agenten en beambten der fiscale besturen, in de gemeenten die tot hun werk- of ambtsgebied behoren, behoudens door de Regering toegestane afwijking;
  5. de ontvangers van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van de gemeente waarvoor het centrum bevoegd is.
  6. de personen met een mandaatfunctie of leidende functie in het Brussels gewestelijk, gemeenschaps- of gemeenschappelijk gemeenschapsbestuur;
  7. de personen met een mandaat of leidende functie in een Brusselse instelling van openbaar nut al dan niet onderworpen aan het statuut, in een andere structuur die onder toezicht staat van de regering, gemeenschapscollege, of een college bijeenkomst of in een intercommunale gemeenschap waarvan de betreffende gemeente uitmaakt of in een intercommunale waarvan de betrokken gemeente deel uitmaakt;
  8. het vast lid van het directiecomité van een Brusselse instelling van openbaar nut al dan niet onderworpen aan het statuut  in een andere structuur die onder toezicht staat van de regering, gemeenschapscollege, of een college bijeenkomst of in een intercommunale gemeenschap waarvan de betreffende gemeente uitmaakt of van een intercommunale waarvan de betrokken gemeente deel uitmaakt.
  9. de leden van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, van de Kamer van Volksvertegenwoordigers, van de Senaat, van het Vlaams Parlement en van het Europees Parlement. Deze nieuwe onverenigbaarheid die geïntroduceerd is in de ordonnantie van 6 juli 2022 zal in werking treden bij de volledige vernieuwing van de gemeenteraden na de gemeenteraadsverkiezingen van 2024. Mandatarissen die momenteel een uitvoerend lokaal mandaat en een parlementair mandaat uitoefenen kunnen gebruik maken van een overgangsmaatregel tot aan die datum. Zij mogen dus tot die datum die 2 functies cumuleren.

Wat het mandaat van schepen betreft, zijn de bepalingen van het eerste lid eveneens van toepassing op de niet-Belgische onderdanen van de Europese Unie die in België verblijven voor de uitoefening in een andere lidstaat van de Europese Unie van ambten die gelijkwaardig zijn aan die bedoeld in deze bepalingen.

 

Familiebanden

 

Volgens artikel 73 kunnen bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad, echtgenoten of wettelijk samenwonenden door een verklaring van wettelijke samenwoning bedoeld in artikel 1476 van het Burgerlijk Wetboek, geen lid zijn van dezelfde gemeenteraad. Als bloed- of aanverwanten in een van die graden, 2 echtgenoten of 2 wettelijk samenwonenden gekozen bij dezelfde verkiezing, dan wordt de voorkeur bepaald door de grootte van de quotiënten op grond waarvan de door die kandidaten verkregen zetels aan hun lijst zijn toegekend.

 

Burgemeester, schepenen en gemeenteraadsleden

 

Ingevolge artikel 74 bestaat er een onverenigbaarheid tussen de ambten van secretaris en ontvanger enerzijds en die van burgemeester, schepen, gemeenteraadslid, anderzijds.

 

Het gemeenteraadslid

 

En ten slotte bepaalt artikel 75 dat een tot gemeenteraadslid gekozen kandidaat die een met het lidmaatschap van de raad onverenigbaar ambt vervult, die aan een onderneming deelneemt of een beroep of ambacht uitoefent waarvoor hij een wedde of een toelage van de gemeente ontvangt, niet tot beëdiging wordt toegelaten zolang de oorzaak van de onverenigbaarheid bestaat.

De gekozen kandidaat die binnen één maand na een tot hem gericht verzoek van het college van burgemeester en schepenen, niet afziet van het onverenigbaar ambt of van de door de gemeente verleende wedde of toelagen, wordt geacht het hem toegekende mandaat niet te aanvaarden.

Transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de Brusselse openbare mandatarissen

 

Op 14 december 2017 hebben het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie een gezamenlijke ordonnantie aangenomen om voor transparante bezoldigingen en voordelen van de Brusselse openbare mandatarissen te zorgen, om deze bezoldigingen en voordelen te begrenzen, en om de volksvertegenwoordigers te controleren en te beboeten als ze deze wetgeving niet naleven.

De ordonnantie van 14 december 2017 beoogt de openbare mandatarissen in de ruimste zin van het woord (gemeenteraadsleden, schepenen, burgemeesters, OCMW-raadsleden, bestuurders van een overheidsinstelling, enzovoort). In de uiteenzetting hieronder komen enkel de belangrijkste regels voor de gemeenteraadsleden aan bod.

 

Transparante bezoldigingen en voordelen

 

Aan de verschillende gemeentelijke overheden worden verplichtingen opgelegd om ervoor te zorgen dat de bezoldigingen en de voordelen van het gemeenteraadslid aan helderheid winnen.

  • Binnen de maand na zijn installatie zal de gemeenteraad een algemene beslissing moeten goedkeuren m.b.t. de bezoldigingen en voordelen die aan de gemeenteraadsleden worden toegekend bij de uitoefening van hun mandaat, alsook m.b.t. de berekeningswijze ervan; de raad zal ook een inventaris moeten opstellen van de strikt noodzakelijke werkinstrumenten, waarover ze voor de duur van hun mandaat beschikken.

 

  • Het college van burgemeester en schepenen zal een met redenen omklede beslissing moeten nemen in verband met elke reis die door de gemeente wordt georganiseerd en waaraan een gemeenteraadslid deelneemt.

 

  • De gemeentesecretaris zal een jaarverslag moeten opstellen met een gedetailleerd overzicht van de aanwezigheden van het gemeenteraadslid tijdens de vergaderingen, alsook van de sommen die aan hem of haar bij de mandaatuitoefening worden toegekend. Hij zal ook een lijst moeten opstellen met alle reizen waaraan het gemeenteraadslid eventueel heeft deelgenomen. Dit verslag wordt in het bijzonder op de website van de gemeente bekendgemaakt.

 

  • Binnen de maand na zijn eedaflegging moet het gemeenteraadslid bij de gemeentesecretaris aangifte doen van zijn mandaten, functies en afgeleide functies, alsook van de bezoldigingen, voordelen en representatievergoedingen die eruit voortvloeien. Elke verandering in de loop van het mandaat moet meteen worden gemeld. De mandaten en functies die onder deze aangifteplicht vallen zijn noodzakelijkerwijs openbaar (zie hieronder).

 

De begrenzing van de bezoldigingen en de voordelen

 

De som van de bezoldigingen en de voordelen die voortvloeien uit de uitoefening van een openbaar mandaat of openbare mandaten, of van een openbare functie of functies in de ruimste zin van het woord, mag niet hoger zijn dan 150% van de parlementaire vergoeding ontvangen door een lid van de Kamer van Volksvertegenwoordigers. De nieuwe ordonnantie stelt een nauwkeurige lijst op van de betrokken openbare mandaten en functies. Het betreft bijvoorbeeld een verkozen mandaat op elk bestuurlijk niveau, een uitvoerend mandaat, een mandaat bij een internationale instelling, hetzij een mandaat of een functie bij een private instelling waarvoor de wet inzake de overheidsopdrachten geldt. Bij overschrijding van het grensbedrag bepaalt de ordonnantie dat de ontvangen bedragen worden teruggebracht.

Het gemeenteraadslid dat daarnaast ook minister of staatssecretaris is, zal voor de uitoefening van zijn gemeentelijke mandaat geen enkele bezoldiging en geen enkel voordeel ontvangen. Tot slot mag het gemeenteraadslid geen enkele representatievergoeding ontvangen.

 

Controle en sancties

 

Een controleorgaan (de cel Transparantie van de bezoldigingen die bij het Brussels Parlement werd opgericht) en een sanctieorgaan (de Brusselse Commissie voor de Deontologie) zijn ingesteld.

In grote lijnen zal de controleprocedure de volgende vorm aannemen:

 

  • De gemeentesecretaris zal de door het gemeenteraadslid aan hem overgemaakte verklaringen aan het controleorgaan moeten bezorgen, in voorkomend geval met inbegrip van een verminderingsplan voor de bezoldigingen en vergoedingen van het gemeenteraadslid.

 

  • Het controleorgaan zal erop toezien dat het verminderingsplan wordt uitgevoerd en dat het gemeenteraadslid het teveel aan ontvangen sommen terugbetaalt. Het controleorgaan zal jaarlijks een verslag m.b.t. de verwerkte gegevens aan het sanctieorgaan bezorgen.

 

  • Het sanctieorgaan zal hetzij het nalatige gemeenteraadslid aanmanen tot de naleving van zijn verplichting om aangifte te doen van zijn mandaten en functies en de bezoldigingen, voordelen en representatievergoedingen die eruit voortvloeien, hetzij indien nodig het gemeenteraadslid om een aanvulling van zijn aangifte verzoeken.

 

  • Het sanctieorgaan zal een financiële sanctie kunnen opleggen van 100 tot 1000 euro aan het onwillige gemeenteraadslid. De schending van de bepalingen van de ordonnantie zal ook aanleiding kunnen geven tot gevangenisstraffen van 1 tot 3 jaar. Het gemeenteraadslid wordt onverkiesbaar verklaard voor de eerstvolgende gemeenteraads- en OCMW-raadsverkiezingen. Hij kan bovendien niet meer worden voorgedragen voor om het even welke functie in een openbare instelling zoals bepaald in artikel 2 van de gezamenlijke ordonnantie (cfr. art. 8, § 9 in de ordonnantie van het Brussels Hoofdstededelijk Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de transparantie van de bezoldigingen en voordelen van de Brusselse openbare mandatarissen).

 

Wetgeving

 

FAQ

Ik heb momenteel een politiek mandaat. Kan ik nog steeds kandidaat zijn bij de lokale verkiezingen?

Onverenigbaarheid is niet hetzelfde als onverkiesbaarheid.

Onverkiesbaarheid betekent dat iemand volkomen en van rechtswege onbekwaam wordt geacht om een zetel te behalen. 

Bij onverenigbaarheid daarentegen kan u wel nog worden verkozen. De uiteindelijke installatie als raadslid of afgevaardigde kan er wel door verhinderd worden. Deze onmogelijkheid om geïnstalleerd te worden voor het mandaat waarvoor men verkozen werd, is relatief. Als op het ogenblik van de installatie de oorzaak van de onverenigbaarheid wegvalt, zal u wel tot de beëdiging toegelaten worden.

Retour en haut de page