Bekijk de voorlopige maximumbedragen van de verkiezingsuitgaven.

Deze mededeling heeft tot doel de partijen, lijsten en kandidaten te informeren door een eerste indicatie te geven van de maximumbedragen van de verkiezingsuitgaven die zijn toegestaan voor de gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober 2024. Deze bedragen, gebaseerd op gegevens uit het Rijksregister van 13 juli 2024, zijn voorlopig en enkel indicatief bedoeld. Krachtens artikel 5 van de wet van 7 juli 1994 bettreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van de provincieraden en de gemeenteraden, de districtsraden en voor de rechtstreekse verkiezing van de raden voor maatschappelijk welzijn, zullen de officiële bedragen op 3 september 2024 worden bekendgemaakt.

 

 

Berekeningsformules

 

De voorlopige maximumbedragen die in de bovenstaande tabel zijn opgenomen, zijn berekend op basis van de formules die zijn vastgesteld in artikel 3 van de bovengenoemde wet van 7 juli 1994, dat luidt als volgt:

“Art. 3. § 1. Het totaal van de uitgaven en de financiële verbintenissen voor de verkiezingspropaganda van de lijsten mag voor de provincieraadsverkiezingen, de gemeenteraadsverkiezingen de districtsraadverkiezingen en de rechtstreekse verkiezingen van de raden voor maatschappelijk welzijn per lijst niet meer bedragen dan per schijf:

  - tot 1 000 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 2,70 euro per ingeschreven kiezer;

  - van 1 001 tot 5 000 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 1,10 euro per ingeschreven kiezer;

  - van 5 001 tot 10 000 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 0,80 euro per ingeschreven kiezer;

  - van 10 001 tot 20 000 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 1,00 euro per ingeschreven kiezer;

  - van 20 001 tot 40 000 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 1,10 euro per ingeschreven kiezer;

  - van 40 001 tot 80 000 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 1,20 euro per ingeschreven kiezer;

  - vanaf 80 001 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 0,14 euro per ingeschreven kiezer.

§ 2. Het totaal van de uitgaven en de financiële verbintenissen voor de verkiezingspropaganda van individuele kandidaten mag voor de provincieraadsverkiezingen, de gemeenteraadsverkiezingen districtsraadverkiezingen en de rechtstreekse verkiezingen van de raden voor maatschappelijk welzijn per kandidaat niet meer bedragen dan per schijf:

  - tot 50 000 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 0,080 euro per ingeschreven kiezer, met een minimum van 1250 euro per kandidaat;

  - van 50 001 tot 100 000 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 0,030 euro per ingeschreven kiezer;

  - vanaf 100 001 op de kiezerslijst ingeschreven kiezers : 0,015 euro per ingeschreven kiezer.

§ 3. Wanneer een kandidaat op verscheidene lijsten tegelijk kandideert, mogen de in § 2 vastgestelde maximumbedragen niet samengeteld worden. Alleen het hoogste maximumbedrag wordt in aanmerking genomen.

Onverminderd de bepalingen van het voorgaande lid, mag een kandidaat die tegelijk op een provincielijst en op een of twee andere lijsten kandideert, twee van de in § 2 vastgestelde maximumbedragen, waaronder dat voor de provincieraadsverkiezingen, samentellen, inzoverre hij zich voor deze laatste verkiezingen kandidaat stelt in een district waartoe de gemeente waar hij in het bevolkingsregister is ingeschreven, niet behoort.

§ 4. Het aantal op de kiezerslijst ingeschreven kiezers waarvan sprake in de §§ 1 en 2, wordt vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 1, § 1, 3°, van artikel 3, § 1, en van artikel 88, van de gemeentekieswet en de overeenkomstige bepalingen van artikel 1, § 1, 3°, en § 5, en van artikel 1ter, § 3, van de provinciekieswet."

Retour en haut de page