Verkiezingskalender

Uiterste datum waarop het hoofdbureau moet worden samengesteld (NBGKWB, artikel 18, § 1, tweede lid).

(NBGKWB, artikel18, § 1, tweede lid).

(NBGKWB., artikel 40, § 1).

Om 16 uur sluit het hoofdbureau de kandidatenlijst voorlopig af

(NGKWB., artikel 40, §1, tweede lid).

Wanneer het hoofdbureau de voordracht van bepaalde kandidaten onregelmatig verklaart, worden de redenen van die be­slissing in het proces-verbaal opgenomen en onmiddellijk wordt een uittreksel hieruit, met de woordelijke opgave van de aangevoerde redenen, bij aangetekende brief, of elk ander middel dat de datum of levering van deze zending garandeert, toegezonden aan de kiezer of de kandidaat die de akte waarop de afgewezen kandidaten voorkomen heeft ingeleverd 

(NBGKWB., artikel 41, eerste lid).

Wanneer de onverkiesbaarheid van een kandidaat als reden is aangevoerd, wordt het uittreksel uit het proces-verbaal op dezelfde wijze ook aan die kandidaat gestuurd 

(NBGKWB., artikel 41, derde lid).

Uiterste datum waarop de vrederechter de uittreksels uit de kiezerslijsten langs elektronische weg en tegen ontvangstbewijs ter beschikking stelt aan de voorzitter van het hoofdbureau die hij voor elke gemeente van het kanton heeft aangewezen overeenkomstig artikel 18, §2, derde lid, of hij verleent hen de toegang tot de elektronische lijst

(NBGKWB., artikel 16, §2, eerste lid).

Bij gebruik van een gecentraliseerde elektronische kiezerslijst zoals voorzien in artikel 14, derde lid, verleent het Gewest de toegang tot deze lijst aan deze personen

(NBGKWB., artikel 16, § 2, tweede lid)

De voorzitters van de hoofdbureaus delen per elektronische verzending hun contactgegevens mee aan de Regering 

(NBGKWB., artikel 19, eerste lid 1).

Uiterste dag dat aangewezen voorzitters van stembureaus aan de voorzitter van het hoofdbureau een wettige reden van verhindering kunnen doen kennen.  De voorzitter van het hoofdbureau voorziet ten spoedigste in de vervanging van degenen die hem binnen drie dagen na ontvangst van het bericht een wettige reden van verhindering heb­ben doen kennen 

(NBGKWB., artikel 22, eerste en tweede lid).