De voorzitter van het stembureau maakt na afloop van de stemming het proces-verbaal op, schakelt de stemcomputers uit, print het kerncijferrapport met veiligheidselementen af en sluit de toepassing af (NBGKWB, artikel 73).
De verzegelde stembussen worden onmiddellijk na de afsluiting van de voorzitterscomputer ontzegeld. De stembiljetten worden in de daarvoor bestemde verzegelde tas gestoken (NBGKWB, artikel 78, §1, eerste lid).
De enveloppen met de krachtens artikel 65, § 2, teruggenomen stembiljetten en de krachtens artikel 65, § 4 verboden stemmen worden verzegeld (NBGKWB, article 78, §1, tweede lid).
De voorzitter van het stembureau bezorgt onverwijld, tegen ontvangstbewijs, de in 78, §2 van het NBGKWB vermelde stukken aan de voorzitter van het hoofdbureau.